Enkele algemene feiten
Volk en aard
In Thailand leven zo'n 62 miljoen mensen, waarvan, naar schatting, 12 miljoen in Bangkok. Daaronder zijn etnische Chinezen, Laotianen, Cambodjanen, Birmezen, Indiërs, andere Aziaten, bergvolkeren zoals de Mon en de Karen, westerlingen die voor de Thaise vestigingen van internationale concerns werken en expats. Expats zijn blanke westerlingen die meer of minder permanent in Thailand leven, al dan niet getrouwd met een Thaise.
De Thais zijn een trots en erg nationalistisch volk; ze zijn nooit overheerst geweest door een Westers land met koloniale aspiraties. De natie kent wèl een lange geschiedenis van ondemocratische regeringen onder leiding van bevelhebbers van het leger. In de 90-er jaren is er daartegen een door studenten geleide grote opstand geweest, die door het leger bloedig werd neergeslagen. Koning Phumibol heeft toen persoonlijk ingegrepen. Sindsdien is er democratie, zij het dat de verkiezingen per definitie nogal gecorrumpeerd zijn, o.a. door het massaal kopen van stemmen door rijke kandidaten. De huidige premier, Taksin Shinawatra is een biljonair, rijk geworden met o.a. mobiele telefonie. De gewone Thais laten de politiek over zich heenkomen als een onvermijdelijke natuurramp en worden er niet echt warm of koud van.
Hoewel men zou kunnen vaststellen dat Thailand thans een democratisch geregeerd land is, is het een publiek geheim dat de de regering uiterst lange tenen heeft als er kritiek op haar wordt uitgeoefend, en dat met name de Engelstalige (en nogal kritische) pers regelmatig met 'vrijwillige' censuur geconfronteerd wordt.
Ook op het gebied van mensenrechten valt er nog heel wat te verbeteren in Thailand, terwijl bij het vaak onberekenbare en eigenzinnige Thaise rechtssysteem ook nog steeds heel wat vraagtekens kunnen worden gezet. Alle gruwelverhalen over de vaak ondoorgrondelijke rechtsgang en de mensonterende toestanden in het Thaise gevangeniswezen zijn waar.
Wat wij persoonlijk erg leuk vinden aan de Thais is dat ze behalve een vrij, ook een vrijgevochten volk zijn. De overheid moet vooral niet aankomen met onzinnige regels, want daar doen de Thai dan gewoon niet aan mee. Komt er een BTW-Wet? Prima, alleen geldt die dan volgens de miljoenen (piep)kleine ondernemers niet voor hen, doch uitsluitend voor de grote concerns. En als de regering dan op haar strepen wil staan en roept dat die wet voor iedereen geldt, is er altijd nog de politie die de wet moet handhaven, maar die heeft het al veel te druk met andere dingen, onder andere het eigen karige inkomen aanvullen. Ergo: alleen bij grote en officiële ondernemingen (waaronder grote hotels) betaalt u btw; anders niet. "Lazer op met je flauwekul!", roepen de Thais gewoon, en gelijk hebben ze! Precariorechten voor reclameborden? Vergunning om je winkeltje op straat te zetten? "Scheer je weg" roepen de Thais tegen de politici, "het land is van de mensen, niet van de regering!". U begrijpt het al: Thailand is een land waar onze regeltjesgestoorde Nederlandse politici, rijks- en gemeenteambtenaren doodongelukkig zouden zijn. Heerlijk land, toch?
Jawel. Maar die vrijgevochten instelling heeft ook z'n schaduwzijden. Want ook de veiligheidsvoorschriften worden in Thailand massaal met voeten getreden. In dit land rijden bussen, taxi's en auto's op de weg die in Nederland zes jaar geleden al onmiddellijk tot de sloop veroordeeld zouden zijn, en zijn vluchtwegen in veel restaurants en bars gewoon niet bestaand, en dus ook niet aangegeven. Het blijft in dit soort zaken dus uitkijken. Overigens kunt u er van uitgaan dat de meeste hotels van 3 sterren en hoger (min of meer) voldoen aan de internationale veiligheidseisen wat betreft brandvoorschriften en vluchtwegen. Maar even ter plaatse checken waar de 'fire exits' of 'emergency exits' zijn (en of ze werken!) kan natuurlijk nooit kwaad!
Tijdsverschil
In onze zomertijd is het in Thailand 5 uur uur later dan bij ons in Nederland; en in onze wintertijd 6 uur. De vliegreis van Amsterdam naar Bangkok duurt ongeveer 11,5 uur (bij een non-stop vlucht): u komt een dag later aan in Bangkok dan dat u vertrekt uit Amsterdam, en bij terugkeer vanuit Bangkok komt u op dezelfde dag in Amsterdam aan.
Electriciteit
Thailand heeft net als wij 220 Volt; alleen zijn de stopcontacten vaak 3-polig en gebruikt men platte stekkerpoten in plaats van de ronde bij ons. Adapters voor de stekkers van uw föhn, scheerapparaat en ander electrisch gerei zijn overal te koop voor een paar centen. Ook uw hotel kan u er meestal aan helpen.
Klimaat
Thailand heeft een tropisch klimaat en kent 3 seizoenen:
-het 'hete' seizoen, van maart tot half juni, waarvan april en mei de heetste maanden zijn. Het is dan warm en droog, met temperaturen die tot 40 graden kunnen oplopen in combinatie met een hoge luchtvochtigheid (vaak meer dan 80%!). In het zuiden en zuidoosten kunnen in deze periode nog flinke regenbuien vallen.
-het 'regenseizoen', van half juni tot half oktober is het seizoen van de natte zuidwest-moesson. Maar laat u door het begrip 'regenseizoen' niet tegenhouden om in die periode te reizen: in Thailand zijn regenbuien meestal zeer hevig, maar ook zeer kort. Onze ervaringen zijn bovendien zo dat het ook in de regentijd de hele dag droog kan zijn, op de namiddag na, wanneer er een of twee flinke regenbuien zijn. Die duren niet langer dan twintig minuten tot een half uur, maar dan kan er in die korte tijd wèl veel regen vallen, waardoor de straten blank komen te staan. Het droogt echter allemaal snel weer op dankzij de hoge temperaturen.
De zuidwest-moesson overigens begint rond half juni in het noorden en zakt met de tijd naar het zuiden; daar valt tot in oktober nog regen.
-het 'winterseizoen' duurt van november tot maart; dan waait de vrij droge noordoostmoesson. Het is dan droog en warm, maar aangenaam (niet extreem heet en ook niet zo benauwd). Geen wonder dat deze periode het eerste toeristische hoogseizoen is! Het tweede toeristische hoogseizoen is juli-augustus, om de eenvoudige reden dat dan West-Europa massaal met vakantie gaat.
Overigens heeft het zuidelijk schiereiland (met o.a. Phuket en Koh Samui) een eigen klimaat met veel neerslag die gelijkmatig over het jaar verdeeld is. Op Phuket valt in mei en juni de meeste regen, op Koh Samui in oktober en november.
Het Noorden (Chiang Mai/Chiang Rai) heeft doorgaans wat lagere temperaturen dan de rest van Thailand; in bergstreken kan het 's avonds en 's nachts nog flink afkoelen.
Kleding
Het is aan de ene kant te begrijpen dat westerse toeristen vanwege de hitte zo weinig mogelijk kleren aan willen. U ziet ze dan ook bij bosjes lopen: westerse mannen met shorts of bermuda's aan, met hun akelig witte benen onder een vaak over de broekriem puilende buik. Inderdaad, dat ziet er niet uit; dat is dan de andere kant. De Thais gruwen er van, ook van de jonge westerse mannen met hun mouwloze T-shirts. Ze zullen er nooit iets van zeggen, maar de Thais beschouwen dit soort kledij als onbeschaafd. Let er maar op: Thaise mannen dragen nooit shorts of bermuda's (behalve aan het strand soms), maar altijd een lange broek. Thaise vrouwen dragen ook nooit een kort broekje, alleen barmeiden doen dat (maar die lopen vaak zelfs in bikini rond), en denk maar niet dat de Thais dat een prettig gezicht vinden! (Al is het wèl zo dat Thaise tieners, vooral meisjes in Bangkok, zich steeds uitdagender kleden onder invloed van de westerse muziek en (MTV)-cultuur).
Eigenlijk is een korte broek alleen getolereerd als u een hele dag door het land moet reizen of op, of op weg naar en van het strand. En zeker in Bangkok is overdag in korte broek rondlopen ongepast. Nog erger wordt het in tempels. Niet voor niets staan bij elke bekende tempel mensen die als beroep hebben om op te letten dat westerlingen niet als barbaren gekleed naar binnen gaan. Korte broeken en mouwloze T-shirts bij mannen, en blote armen, overdadige décolletés en korte rokjes en broekjes bij vrouwen zijn taboe. Er worden omslagdoeken verhuurd voor een paar Baht of uitgeleend (tegen statiegeld) voor het bezoek aan de tempel.Hoe u er ook persoonlijk over denkt, in uw eigen land moet u maar doen wat u niet laten kunt, maar in Thailand bent u gast. Er is niks vreemds aan dat u zich gedraagt en dus ook kleedt naar de inzichten van de mensen die u zo gastvrij ontvangen.
Als u zich in Thailand kleedt met inachtneming van de normen van de Thais, zult u merken dat u met nóg meer respect en vriendelijkheid behandeld wordt en dat er nóg meer deuren voor u opengaan dan normaal al het geval is!
Die normen zijn: niet in badpak of zwembroek door steden en dorpen lopen, alleen rond zwembaden en direct aan het strand is dat correct.
Shorts en mouwloze T-shirts dragen in restaurants en op straat in steden wordt niet op prijs gesteld.
Eigenlijk komt het er, als u een normaal beschaafd mens bent, gewoon op neer dat u in Thailand niet doet wat u in Nederland ook niet zou doen, ondanks dat het in Thailand veel warmer is.
Topless of naakt zonnebaden?
Topless zonnebaden voor dames, en dus zeker naakt zonnebaden voor zowel dames als heren, is illegaal in Thailand, volgens de Thaise wet.
Op sommige stranden maken ook de -opvallend preutse- Thais van topless zonnebaden niet zo'n probleem en knijpt ook de politie een oogje toe - al wil dat in de praktijk vaak zeggen dat ze hun oogjes juist heel ver opensperren, als u begrijpt wat wij bedoelen. Dit is het geval op o.a. Koh Samui, Koh Pha-Ngan en Phuket. Maar het blijft officieel verboden! Topless zonnebaden is "not done" op alle plaatsen waar Thaise families met kinderen aanwezig zijn. Wilt u helemaal zeker zijn, zoek dan een strandje of plekje op waarvan u zeker weet dat niemand u kan zien.
Naaktrecreatie is absoluuut taboe, overal. Tenzij u op een dermate afgelegen plek bent dat ècht niemand u kan zien. Maar ja, hoe kunt u dat zeker weten? U kunt ervoor gearresteerd worden, dus u mag het zelf beslissen ...
Begroeting: de 'wai'
De Thais begroeten elkaar niet met handenschudden, zoals wij westerlingen, maar met een 'wai'; een combinatie van gevouwen handen en een hoofdbuiging. Dat lijkt eenvoudig, maar is het niet: er gaat een heel ritueel achter schuil met sociaal-culturele regels die heel nauw luisteren. Hoe hoger de persoon die begroet wordt in aanzien staat, hoe hoger de wai moet zijn. De normale beleefdheidswai, die de Thais dus ook gebruiken als ze u bijvoorbeeld in een hotel begroeten, is de wai waarbij de duimen van de gevouwen handen zicht ongeveer direct boven het hart bevinden van degene die 'wait'. Vervolgens zijn daar de wais met de duimtoppen ter hoogte van de kin totaan de neuswortel, en alle gradaties daartussenin. De hoogste wais zijn voor de koning en voor Boeddha: hierbij bevindt de bovenkant van de duimen zich op het voorhoofd. De hoger geplaatste wait nooit terug. Monniken vallen buiten dit geheel - zij waien nooit naar andere mensen, alleen naar Boeddha.
Tot zover lijkt het allemaal nog heel overzichtelijk, want in principe 'wait' de lagere in 'rang' de hogere. En 'wait' de jongere de oudere. Dus als een jongeman die het ver geschopt heeft in de Thaise maatschappij een eenvoudige, maar oudere man groet, zal de jongere als basisregel de oudere man 'wai-en'. Tenzij de jonge man een hoge funktie bij bijvoorbeeld de overheid bekleedt - dan zal de basisregel veranderen en geldt weer de regel 'lager geplaatste wait hoger geplaatste', of, in dit geval, 'hoger geplaatste laat zich wai-en door lager geplaatste'. Dit is dan nog een redelijk simpel voorbeeld, maar als u weet dat er heel veel subtiele gradaties zijn in dit sociaal samenspel, dan begrijpt u dat het in de praktijk nog wel eens knap lastig kan worden.
Als u dan ook nog weet dat de Thais de gewoonte hebben om iemand, om hem of haar te eren of extra respect te tonen, vaak nèt iets hoger 'wai-en' dan strikt genomen noodzakelijk is (een beetje vleierij), dan wordt het al behoorlijk ingewikkeld. Want als dat 'hoger aanslaan' weer nèt een fractie te hoog is (milimeterwerk), dan weten alle betrokkenen en alle omstanders dat degene die 'gewai-d' wordt belachelijk wordt gemaakt, en dus zijn of haar gezicht verliest. En dat is het ergste dat een Thai kan overkomen!
Daar komt nog bij dat 'wai-en' niet alleen een kwestie is van handen vouwen en deze naar een bepaalde hoogte brengen, maar ook nog gelijktijdig het hoofd buigen - en hoe diep dan. Daar zijn dus vele variaties in, en allemaal hebben ze voor de Thai een eigen betekenis.Er is erg veel informatie over dit onderwerp te vinden op Internet en in boeken, maar deze is vaak hevig met elkaar in tegenspraak. Sommige bronnen zeggen zelfs dat Thais het op prijs stellen als u als westerse toerist wait, want men heeft het "zelf uitgeprobeerd en toen (glim)lachten de Thais". Ja, maar Thais glimlachen ook op momenten waar wij ons gegeneerd zouden afwenden of enige vorm van misprijzen zouden laten merken, dus daar valt geen peil op te trekken. Het werkelijk doorgronden van de Aziatische glimach in allerlei situaties is heel erg moeilijk; die glimlach is en blijft een van de mysteries in het verre oosten waar wij als westerlingen nooit het fijne van zullen doorgronden, tenzij we jarenlang tussen de Thais zouden leven.
Bovendien is de algemene regel dat u als westerling nooit hotelpersoneel 'wait' of 'terugwait'; dit geldt ook voor winkelpersoneel, restaurantpersoneel, taxichauffeurs etc. U bent als klant of gast immers altijd de hoger geplaatste. (Vuistregel: u wait nooit iemand die u betaaltt - direct, b.v. taxichauffeur, of indirect b.v. het kamermeisje, de hotelmanager).
Dus neem ons advies aan voordat u zich in dit ingewikkelde ritueel verslikt en grote verlegenheid, consternatie of commotie of zelfs boosheid veroorzaakt:
1) wai nooit zelf naar personeel, en ook niet naar kinderen (de Thais vinden dat belachelijk)
2) wai nooit terug, ook niet als andere Thais dan personeel u 'wai-en', maar buig uw hoofd licht en schenk hen uw mooiste glimlach
3) wai gewoon nooit, dan kan het ook niet misgaan. Een warme glimlach en een lichte hoofdbuiging van een westerling doen het beter dan 1000 wais!
Dagelijkse omgang en (eigen)aardigheden van de Thais
Het Koningshuis
De Thai zijn dol op de koning en het koningshuis en verdragen absoluut geen enkele kritiek op dat punt, zeker niet van buitenlanders. Zelfs lang geleden overleden koningen, zoals King Chulalongkorn, worden nog steeds vereerd.
In elk Thais huis is minstens één portret van de huidige koning, Bhumibol Adulyadej (Rama 9 uit de Chakri-Dynastie) en koningin Sirikit aanwezig, vaak op een altaar waarvoor lichtjes branden en bloemen en andere offeranden worden neergezet.
Door heel Thailand ziet u erebogen met de portretten van de koning en de koningin, prachtig uitgevoerd en bij donker aangelicht door schijnwerpers, al is een en ander naar onze smaak nogal kitscherig.
Nu moet gezegd zijn dat koning Bhumibol en zijn gemalin inderdaad zeer goede vorsten zijn voor hun onderdanen en het land. Zij hebben talloze projecten opgestart voor verbetering van het lot van arme mensen en bedreigde dieren, en het is een publiek geheim dat ze dit allemaal betaald hebben uit hun privé-vermogen. In de loop der jaren (koning Bhumibol regeert al vanaf 1946) is dat opgelopen tot een astronomisch totaalbedrag.
Hoewel de Thaise grondwet de koning geen officiële rechten geeft, is het alom bekend dat hij achter de schermen aan vele touwtjes trekt en feitelijk almachtig is. Het is een zegen dat deze vorst daarbij de verworven democratische rechten en de belangen van zijn volk steeds als prioriteit stelt - dat is een van de vele redenen waarom hij zo geliefd is. Koning Bhumibol is een uitstekend musicus (hij speelt saxofoon) en componist. Hij speelde o.a. samen met Benny Goodman en heeft meerdere alom gewaardeerde jazz-composities op zijn naam staan. De koning is trouwens ook in andere opzichten een erudiet man: hij spreekt 4 vreemde talen vloeiend.
Het Volkslied
Met het volkslied wordt net zo respectvol omgegaan als met het koningshuis. Elke ochtend om 08.00 uur en elke avond om 18.00 uur klinkt het volkslied uit luidsprekers op alle trein- en busstations. In de Thaise bioscopen, of het nou een megabioscoop (Major Cineplex) in Bangkok is of een schuurtje in een dorpje in de Isan, wordt voorafgaand aan de hoofdfilm het volkslied gespeeld, terwijl een filmpje over de Koning wordt vertoond.
Waar ze zich ook bevinden, zodra het volkslied klinkt, gaan alle Thais stokstijf in de houding staan, en luisteren in stilte tot het afgelopen is. Van buitenlanders wordt precies hetzelfde verwacht; het wordt als een grove belediging gezien indien men zich niet aan deze regels houdt.
Als u geen respect toont voor het koningshuis of het volkslied, kunt u zelfs gearresteerd worden; dit wordt in Thailand als een zwaar misdrijf gezien.
Wij kunnen overigens geen reden bedenken waarom u zich niet respectvol in deze zin zou gedragen: u bent immers te gast in dit land! De Thais hebben trouwens ook nog een "Koningslied" en dat zingen ze bij grote evenementen waarbij de koning aanwezig is. Voor dat koningslied gelden dezelfde regels.
Sanuk en Sabai
De Thaise volksaard komt goed tot uitdrukking in de begrippen 'Sanuk' en 'Sabai'. Sanuk betekent zo ongeveer 'gezellig' en Sabai 'gelukkig', maar dat blijven schrale vertalingen. Thais grijpen elke gelegenheid aan om iets 'sanuks' te bedenken (eten met vrienden, ergens wat gaan drinken, een kaartje leggen, enzovoort). Maar ook gewoon even het werk onderbreken en wat babbelen is al 'sanuk'. Maar we zeiden het al: ons woord 'gezellig' is maar een schrale vertaling die maar een klein deel van de lading dekt. Als u ooit gezien heeft hoeveel plezier een aantal Thais met elkaar kunnen maken om niks, dan begint u al een beetje te begrijpen dat 'sanuk' nastreven meer een levenshouding is dan dat het gericht zou zijn op een enkele gebeurtenis of slechts een moment. Tja, en als je vaak een 'sanuk'-situatie bereikt, word je vanzelf 'sabai'. Als u een tijdje in Thailand verblijft, gaat u al gauw de diepere betekenissen en wijdere strekking van deze begrippen begrijpen.
Namen en bijnamen
Als u kennis heeft gemaakt met Thaise mensen, wees dan niet verbaasd als ze u bij uw voornaam aanspreken ("Mr. Jan" of "Mrs. Trudy" - of, in het Thais: "Khun Jan" en "Khun Trudy". 'Khun' is een beleefdheidsvoorvoegsel). Dat bij de voornaam aanspreken komt mede voort uit de Thaise gewoonte om bij een persoonsaanduiding altijd eerst de achternaam en daarna de voornaam te vermelden. Dus 'Jan Pietersen' is bij hun 'Pietersen Jan'. (Een gewoonte die men in bijvoorbeeld België ook heeft: "DeNaayer, Oscar"). Maar dat is alleen officieel. In de dagelijkse praktijk hebben Thais van kindsaf aan een bijnaam gekregen, waarbij vaak verwezen wordt naar lichamelijke eigenschappen ("Lek", kleintje), maar ook naar dieren ("Nok", vogeltje, "Meo" (kat), of kleuren "Daeng" (rood), enzovoorts). Daarnaast zijn er ook bijnamen die een afkorting zijn van de eigenlijke voornaam ("Pon" voor Ponpimon, of "Tan" voor Tantanayon). Vaak bestaan afkortingen uit slechts 1 of 2 letters, zoals 'Aa". De laatste mode is kinderen Engels(achtige) bijnamen te geven zoals "Art" of "Judy". Deze gewoonte leidt soms tot namen die ons bijzonder vreemd voor komen, zoals een meisje dat "Beer" genoemd wordt -naar het Engelse woord voor 'bier'- omdat haar vader dat graag dronk.
Ach ja, bij ons heten kinderen tegenwoordig "Sterre". Of "Pedro-Juan" - met de even welluidende achternaam "Janssen"; wat maakt het uit!
Gedrag op straat
Zoals al eerder opgemerkt, zelfs de armste Thais lopen in schone kleding in onberispelijke staat over straat. Het heeft te maken met beschaving en waardigheid; beide begrippen zijn diep in de samenleving geworteld. De gevolgen daarvan zijn voor westerlingen duidelijk zichtbaar: grafitti ziet men nergens, en ook zijn er nergens sporen van vandalisme te zien. Eigenlijk is dit samen te vatten in één woord: beschaving. Dat gaat zelfs zo ver dat mannen en vrouwen elkaar niet kussen op straat en de ouderen lopen zelfs niet hand in hand, al is dat onder jongeren in Bangkok al aan het veranderen.
Hoe druk het ook is op straat, het zal slechts zelden gebeuren dat een Thai tegen u oploopt of u per ongeluk aanraakt - Thais zijn meesters in het voorkomen daarvan. Ook bij bushaltes en liften wordt keurig gewacht en niet voorgedrongen - als dat toch gebeurt zijn dat bijna altijd Chinezen.
Ook zijn de Thai uiterst beleefd en voorkomend; niet alleen tegen u als westerling, maar ook tegen elkaar.
Respect en sociale verhoudingen
De sociale verhoudingen in Thailand zijn gebaseerd op respect, soms in zodanige vormen dat wij westerlingen daarbij in verlegenheid raken. Zo heeft elke Thai diep respect voor zijn baas. Wij hebben in een Bangkoks hotel gezien dat het hogere personeel op audientie kwam bij de eigenaar, en men op de hurken naar hem toekroop. Wij zien dit in het westen als kruiperigheid, maar in Thailand is dat heel normaal. Die kruiphouding komt namelijk voort uit de gedachte dat men om respect te betuigen altijd zijn hoofd lager moet houden dan de hogere in rang. Dus houden de Thais hun hoofd lager dan elk Boedhha-beeld dat ze passeren of waarbij ze in de buurt komen, maar doen datzelfde bij andere mensen, als deze hoger geplaatst zijn. Wij hebben wel een in een straatstalletje ijskoffie zitten drinken, en telkens als de (oudere) eigenaresse langs ons tafeltje kwam, zakte ze even door haar knieën: de gast is altijd per definitie de hoger geplaatste, ook als men eigenaar van de zaak is, en al is die zaak nog zo onbeduidend als haar armzalige stalletje. Natuurlijk lukt het in de praktijk niet altijd om het hoofd daadwerkelijk lager te houden, maar het is vooral het gebaar dat telt!
Van "uit respect het hoofd lager houden dan de hoger geplaatste" is een uniek voorbeeld voorhanden.Toen de toenmalige regeringsleider generaal Thanom Kittikachrorn, die zich als een dictator manifesteerde, in 1973 de grondwet aan zijn laars lapte brak er een opstand uit van de studenten aan de Bangkokse Thammarat-universiteit. De generaal sloeg de opstand met grof geweld neer, waarbij vele tientallen studenten de dood vonden en honderden (zwaar)gewond werden.
Hoewel de Thaise koning zich officieel niet met de politiek mag bemoeien, trekt hij zich daar in noodgevallen niets van aan en neemt Koning Bhumibol, met grote instemming van het volk, telkens zijn verantwoordelijkheid.
Hij ontbood Kittikachorn op zijn paleis, er daarbij voor zorgend dat de Thaise TV aanwezig was. Toen de live uitzending begon zag heel Thailand wat de Koning bedacht had: hij had de langste gang in zijn paleis uitgezocht en was aan het eind daarvan op het allerdunste kussen gaan zitten dat hij kon vinden.Kittikachorn kon niets anders doen dan bij het begin van de gang op zijn buik vallen en honderden meters naar de Koning toe kruipen; zijn hoofd moest immers lager blijven dan dat van de Koning! Ten aanschouwen van de hele natie leed de dictator derhalve onherstelbaar gezichtsverlies en vluchtte naar het buitenland. Nu was de weg vrij voor een betere premier!
Schoolkinderen betuigen elke ochtend, voordat de lessen beginnen, respect aan hun leraren. Elke leraar in Thailand wordt diep gerespecteerd door zijn of haar leerlingen.
Van nature hebben Thais ook diep respect voor oudere mensen. En dat tonen van respect voor ouderen geldt niet alleen voor jongeren, maar voor alle Thais van alle leeftijden, zolang ze jonger zijn dan de ander.
Toen mijn vrouw en ik (beiden 50+) voor het eerst in Thailand waren en aangesproken werden als "Papa en Mama", dachten we dat we voor de gek gehouden werden. Maar het is de standaard beleefdheidsvorm om oudere mensen aan te spreken die men niet persoonlijk kent. Deze term komt rechtstreeks voort uit het diepe respect dat Thais voor hun ouders hebben; ouders en grootouders wonen dan ook bij de kinderen thuis en worden door hen verzorgd. Als je een Thai vertelt dat onze bejaarden in verzorgingstehuizen zitten, vinden de Thais dat onbegrijpelijk. Zoiets doe je toch niet!
Als u 50+ bent zult u in geen enkel land ter wereld zo respectvol, voorkomend, aardig en vriendelijk behandeld worden als in Thailand!
Preutsheid en ongeremdheid
Nog een ondoorgrondelijke tegenstelling in de Thaise volksaard: aan de ene kant is men ongelooflijk preuts (geen handjes vasthouden op straat, Thais gaan altijd volledig gekleed te water) en aan de andere kant kijkt men met veel minder misprijzen naar sexuele extravagantie en prostitutie. Prostitutie wordt niet zelden als eerzaam gezien ten opzichte van bijvoorbeeld stelen; voor velen, vooral uit de straatarme Isan-streek, is prostitutie gewoon een economische activiteit. Als je steelt ben je een dief en verdien je geen respect; als je met prosititutie je brood moet verdienen, dan is dat helaas een noodzakelijke beroepsvorm. Wat overigens niet wegneemt dat er ook onder de "verborgen" prostituéés (meisjes en vrouwen die niet in een beerbar of gogo-bar werken, maar wel tegen betaling met heren meegaan), ook velen zijn met een goede opleiding; maar met prostitutie verdien je veel méér. Bekend zijn de verhalen van goed opgeleide vrouwen die met een paar jaar in de prostitutie werken genoeg verdienen om een eigen zaak te beginnen en daarna hun duistere verleden verdonkeremanen en zich louter als succesvolle jonge zakenvrouw presenteren.
Geheel of gedeeltelijk tot vrouw omgebouwde heren ("katoeys") zijn een algemeen geaccepteerd verschijnsel, ook als deze figuren zich in de prostitutie begeven.
Opwinding en commotie
Het ergste dat een Thai kan overkomen is het lijden van gezichtsverlies. Een Thai lijdt al gezichtsverlies bij het uiten van milde kritiek. Enig onderscheid tussen lichte opbouwende kritiek en zware afbrekende kritiek wordt daarbij niet gemaakt. Hoe u dan wèl terechte kritiek op Thais kunt uitoefenen, is een ingewikkelde zaak, die veel tact en inzicht in de Thaise ziel vereist. In principe zult u als vakantieganger zelden of nooit op dit probleem stuiten, zeker als u zich aan de volgende principes houdt:
•wordt nooit gezichtbaar boos door lichaamstaal, of een 'gezicht' te trekken. (In onze westerse cultuur is dat heel gebruikelijk, maar in de Thaise niet).
•verhef nooit uw stem - als u dat doet bereikt u helemaal niets meer; stemverheffing wordt als uiterst ordinair en groot gezichtsverlies beschouwd in Thailand, in alle omstandigheden!
•boeddhistische monniken mogen nooit door een vrouw aangeraakt worden, en ook mag een vrouw een monnik niets aanreiken; dit moet altijd door een man gedaan worden, en dan ook nog met twee handen. Mannen mogen monniken wèl aanraken en/of een hand geven.
•oefen nooit kritiek uit op de koning of het koningshuis of zelfs maar de monarchie als instituut; de Thais beschouwen dat als een diepe belediging
•wijs nooit met uw voeten iets aan; de voeten worden beschouwd als het meest onedele deel van het lichaam
•ga ook nooit zo zitten dat de onderkant van uw voeten of schoenen naar een persoon (of nog erger: een Boeddha-beeld) gericht is
•als per ongeluk een bankbiljet wegwaait of een munt wegrolt, ga er dan nooit met uw voet op staan; op de biljetten en de munten staat immers het hoofd van de koning, en dus zou u met uw voet op het hoofd van de koning gaan staan; een halsmisdaad in Thailand!
•het hoofd wordt als het meest edele, zelfs heilige deel van het lichaam beschouwd. Aai nooit een kind over het hoofdje, als zijn uw bedoelingen nog zo goed. Raak ook nooit het hoofd van een volwassene aan. Thais zijn sowieso niet gediend van aanrakingen.
Vindt u het noodzakelijk om terechte kritiek te uiten, bijvoorbeeld in uw hotel, probeer dan altijd een Westerse manager te vinden -die kunnen daar op onze gebruikelijke wijze mee omgaan. Is er geen westerse manager beschikbaar, zoek dan de hoogst geplaatste Thaise manager die goed engels spreekt; deze kunnen er in het algemeen ook goed mee overweg zonder zich persoonlijk aangesproken te voelen - ze kennen de westerse gewoonten.Moet u desondanks uw afkeur laten blijken aan een Thai zonder meer dan basiskennis van het Engels, blijf dan vooral glimlachen, verhef uw stem niet (dus spreek zachtjes) en probeer met een vriendelijke hint uw punt duidelijk te maken.
Persoonlijke hygiëne
de Thais zijn uiterst propere mensen; ze wassen zich wel 3 keer per dag en trekken even vaak schone kleren aan. Thais gebruiken geen zuivelprodukten zoals melk en kaas; westerlingen wèl. De meeste westerlingen zweten nogal in een tropisch klimaat, en Aziatische mensen kunnen westerlingen dan ruiken; aangenomen wordt dat dit komt doordat wij kaas consumeren. Daarom is het goed als u in Thailand minstens tweemaal per dag onder de douche gaat, en steeds schoon ondergoed en een schoon hemd of blouse aantrekt.
Omgang met dieren
Voor olifanten hebben de Thais ook een diep respect, al komt ook bij toeristische olifantenattracties dierenmishandeling voor: men gunt de dieren hun rustperiodes niet als er veel toeristen zijn en straft de dieren als deze laten merken dat ze er genoeg van hebben. Katten worden algemeen nog als nuttig gezien vanwege het vangen van muizen en ratten, maar met de omgang met honden is het doorgaans treurig gesteld in Thailand. Natuurlijk zijn er uitzonderingen: Thais die met honden omgaan zoals ook westerlingen dat doen, maar het gaat dan helaas om een kleine minderheid. De meerderheid moet weinig van honden hebben. Er zijn dan ook honderdduizenden zwerfhonden in Thailand, die vaak afschuwelijke wonden hebben en onder de schurft zitten. U ziet ze veel in en bij tempels, omdat ze op tempelgronden beschermd worden door de monnikken. Sommige honden die zich in de steden en dorpen in bepaalde sois hebben 'gevestigd' krijgen nog wel eens wat eten toegeworpen van de bewoners, maar de meeste straathonden leiden een armzalig en ellendig bestaan. In sommige delen van Thailand wordt zelfs hondenvlees (vooral van puppies) gegeten, iets dat overigens in andere Aziatische landen (met name China) op veel grotere schaal gebeurt. Gelukkig komen er steeds meer dierenasiels die de ergste krepeergevallen onder de honden van de straat halen, laten behandelen door een dierenarts en er een goed tehuis voor zoeken. Deze asiels zijn bijna altijd het initiatief van westerlingen, en zijn volkomen afhankelijk van liefdadigheid. Overigens moet gezegd worden dat wij zelf geconstateerd hebben dat in steeds meer steden en dorpen hondenasiels komen, en er dus ook steeds minder zielige beesten op straat verkommeren. het gaat langzaam maar zeker de goede kant op!
Nog enkele (eigen)aardigheden
Thais kunnen geen 'nee' zeggen. Nou ja, ze kunnen het wel, maar ze doen het liever niet. Want 'nee' zeggen betekent in hun ogen vaak gezichtsverlies. Dat kan nog wel eens knap lastig worden als u een Thai vraagt of u voor een bepaalde bestemming links- of rechtsaf moet, en hij of zij dat niet weet. De kans is groot dat de Thais dan net doen alsof ze het wèl weten en u doodleuk de verkeerde kant op sturen (of, per ongeluk de goede kant, want daarop is dan 50% kans). Zegt een Thai iets in de geest van "Maybe it's on the left" dan weet u door dat "Maybe" zeker dat hij of zij het niet weet!
Nog lastiger wordt het als u in een (poging tot) gesprek vraagt of hij of zij begrijpt wat u bedoelt. Het antwoord zal nooit "nee" zijn, maar altijd "yes", ook als hij of zij geen flauw idee heeft waar u het over hebt. Gelukkig krijgt het gezicht van de Thais in die gevallen dan meestal een nogal wazige uitdrukking, en dat weet u zeker dat u het dan nog maar eens moet uitleggen, maar dan in andere bewoordingen.
Als tijdens een gesprek Thais niet begrijpen wat de farang zegt, maken veel farangs de dodelijke fout om hun woorden te herhalen, maar dan wat harder. Dit is om twee redenen ernstig verkeerd. Ten eerste is de Thai niet slechthorend, dus hij of zij hoort u wel, maar begrijpt u niet; harder praten schiet dus niet op. En ten tweede is ook een lichte stemverheffing al een reden voor een Thai om zich terug te trekken: stemverheffing is gerelateerd aan een conflict in de ogen van de Thai, en dat is nu juist wat deze mensen van kinds af aan hebben geleerd te vermijden.
Afspraken met Thai zijn ook een vaak ingewikkelde zaak. Thais hebben een heel andere moraal over zich aan de tijd houden dan westerlingen. Als een Thai meerdere uren te laat op een afspraak komt, vindt hij of zij dat geen enkele reden voor de ander om moeilijk over te doen. Men is er nu toch? Wat zeur je dan? Bovendien hebben de Thais een andere tijdsindeling: zij hebben per dag 4 perioden van 6 uur, in plaats van 2 perioden van 12 uur (in de Angelsaksische wereld) of 24 uur (in de rest van de westerse wereld). Probeer er dus altijd achter te komen dat bij een afspraak u beiden dezelfde tijd bedoelt. Gebruik daarbij het engelse "a.m." en "p.m." ('a.m." voor tijden vanaf middernacht tot 12 uur 's middags, en "p.m." voor tijden na 12 uur 's middags tot middernacht.Thais die als chauffeur en/of gids of in de hotelbranche werkzaam zijn hebben praktisch zonder uitzondering allemaal geleerd dat het belangrijk is dat ze punctueel op tijd zijn bij afspraken met toeristen. En verreweg de meesten houden zich ook daaraan.
Veel Thais spreken Engels. So they say.
Alleen onder hoogopgeleiden en de Thais die in de toeristenindustrie werken (als gids, in een managementfunktie of als receptionist in een groot hotel) zijn er een aantal dat goed tot zeer goed Engels spreekt, maar zelfs in deze groepen blijft bij de meesten de kennis van (gesproken) Engels beperkt tot hooguit 'redelijk'. Om het maar eerlijk te zeggen: het Engels van 97% van de Thais is gewoon belabberd.
De meeste Thais vinden echter dat ze wèl Engels kunnen spreken, maar dat blijkt in de praktijk neer te komen op een vorm van brabbeltaal die vaak komische vormen aanneemt en niet zelden hilarisch wordt. Zie de voorbeelden op de foto's bij dit hoofdstukje.
Onze ervaring is dat veel Thais een aantal zinnetjes van buiten hebben geleerd die ze te pas en te onpas ventileren. Toen ik ooit tegen de hotelreceptioniste zei dat ik 'even een stukje ging wandelen' antwoordde ze "Hope to see you again, sir". En toen we -na de rekening betaald te hebben met de uitleg dat over een paar uur ons vliegtuig zou vertrekken- met onze koffers het hotel verlieten, riep ze "See you later, sir and madam".
Daar komt nog bij dat de Thais vaak een heel eigen uitspraak hebben van het Engels. Bijvoorbeeld omdat ze 2 medeklinkers achter elkaar niet kunnen uitspreken zonder daar klinkers tussen te gooien. Zo wordt 'plastic' 'palasatic'. Of omdat ze een woorduitgang totaal anders uitspreken dan men mag verwachten. Bijvoorbeeld 'Hotel Oriental' spreken ze uit als 'Hotel Orientèn' en 'Central' weer als -nee, niet als 'Centrèn' maar - 'Centràn'; tenminste, als ze de 'r' kunnen uitspreken - zo niet, dan wordt het weer anders ('Centlàn of 'Centàn'.
Zo hebben we ook eens bij ons eerste bezoek aan Hua Hin urenlang rondgereden omdat de chauffeur van de taxi die we op het station in Hua Hin genomen hadden absoluut niet wist waar het Grand Hotel was. Uiteindelijk, na veel gevraag, kwam de aap uit de mouw: het lag uiteraard aan ons, want dat hotel heet in het Thai-Engels natuurlijk 'Gland Hotel'. Och ja, als je dat eenmaal weet .....
Toch zult u in de praktijk een heel eind komen met uw Engels en de paar woorden die de meeste Thais brabbelen. Want met vriendelijkheid, aanwijzen en voordoen kom je altijd waar je wezen moet en krijg je altijd wat je wilt. Vaak tot grote hilariteit bij beide partijen!
Een lesje 'Thai-English'
Ooit vroegen Thaise vrienden ons op een avond mee uit te gaan, maar wij waren moe en wilden vroeg naar bed. Mijn vrouw vroeg of ik dat even wilde zeggen. "Sorry", zei ik in zorgvuldig gekozen makkelijk Engels, "but we are tired and prefer to go to sleep early.". "Ooh", zeiden de Thais, maar je zag aan hun ogen dat ze er geen snars van begrepen; ze geven dat alleen nooit toe want dan lijden ze 'gezichtsverlies'.
Toevallig deed zich bij een volgend bezoek een half jaar later weer dezelfde situatie voor. "Sorry", zei ik, maar nu in zorgvuldig ingestudeerd 'Thai-English', "but we tired, go hotel room, sleep!".
Onmiddellijk werden we geheel begrepen. En een van de Thais zei tegen mijn vrouw: "Your husband speak good English now!". Yes inderdeed.
Herrie, herrie en nog eens herrie
In Thailand word je gek van de herrie. Alles knettert, knalt, dreunt en giert, van zware vrachtauto's tot en met knalpotloze brommers. Maar dat is niet genoeg voor de Thais. TV's staan altijd luidkeels aan in Thailand, dag en nacht. Niet alleen bij de mensen thuis, maar ook in restaurants. Niemand kijkt, maar het staat altijd aan. Bij bushaltes staan vaak grote schermen (service van Panasonic of Sony) waarop Thaise soaps vertoond worden voor de wachtenden, met het geluid op orkaansterkte.
Bij de Thais die in de horeca werken heeft bovendien het misverstand postgevat dat alle westerlingen van dance- en techno teringherrie houden, en dan ook nog met de volumeknop zover mogelijk open. Wij hebben al meegemaakt dat we in een koffiecafé om negen uur 's ochtends de enigen waren die er kwamen zitten, en we hadden nog niet plaatsgenomen of men zette de boem-boem-technoherrie aan, zo hard dat de pijngrens van een normaal mens ver overschreden werd. Groot was de verbazing van de Thais toen wij maakten dat we wegkwamen. Want vragen om het zachter te zetten leidt tot niets: men hoort het niet of begrijpt niet wat we willen. Dat er op alle apparaten waar herrie mee gemaakt kan worden ook een 'uit'-knop zit, is de Thais nog nooit opgevallen. En dat 'geen herrie' ook nog een mogelijkheid is, daar zijn ze nog niet op gekomen.
Het is merkwaardig, maar op dit gebied hebben ze geen enkel respect, voor niets of niemand.
De nationale plaag van Thailand: live music!
Is de aanwezigheid van karaoke-bars en -rooms in hotels al geen feest met de doorgaans luidkeels brullende half en geheel dronken Thais, Chinezen en farangs die tot in de verre omtrek te horen zijn, de wijd verspreide ongein van hotelrestaurants met 'live music' is een ware plaag.
Blijkbaar koesteren alle hoteldirecties het misverstand dat toeristen het geweldig op prijs stellen dat het eten in hun restaurants verziekt wordt door 'live music'. Meestal zijn dat lieden aan een piano of keyboard die dan ook nog zingen; soms zijn het hele (meiden)groepen. Het niveau van het gebodene varieert van abominabel tot net-om-aan te horen. En bovendien is het altijd opdringerig hard, veel te hard.
Veel van die artiesten zijn niet meer dan treurige amateurs van Thaise of Fillipijnse komaf. Hun Engels is allerbelazerdst. Zo hadden wij in het overigens uitstekende Seaview Resort op Koh Chang een Fillpijnse meneer die het bij het zingen van "Green Green Grass of Home" had over "Gien Gien Goss of Heum" en "Momma and Poppa".
Kan men een 'los' restaurant waar 'live music' aangekondigd staat nog mijden, in een afgelegen resortrestaurant kan dat niet. Daar is het elke avond raak met dezelfde treurige artiest, dezelfde abonimabele muziek en hetzelfde uitzichtloze repertoire, iedere avond weer ...
En we zijn niet de enigen die regelmatig wegvluchten uit zo'n restaurant als het te gek wordt. Zo ontmoetten wij in het Ao Phrao Resort op Koh Samet 14 andere gasten in een 300 meter verder weg gelegen restaurantje zonder live music, die ook allemaal weigerden nog in het 'grote' restaurant te eten juist vanwegte die live music. Niet dat je er dan geen last meer van had - het gekweel klonk daar nauwelijks zachter dan waar deze geproduceerd werd. En zat je vóór middernacht op je kamer, dan hoorde je diezelfde live music daar dan ook weer, ook al lag je kamer 500 meter verder. Er is gewoon geen ontsnappen aan, elke avond weer ...
Afdingen
Veel mensen hebben een hekel aan afdingen, of voelen zich bezwaard. Allemaal ten onrechte voor zover het Thailand betreft. Want afdingen moet, in Thailand; de Thais zelf doen niet anders. Afdingen zit helemaal in de cultuur en samenleving verankerd.
Allereerst: waar en wanneer ding je af, en waar en wanneer niet.
Er wordt niet afgedongen op voedsel, drank, in warenhuizen, bij het openbaar vervoer en bij meter-taxi's. Er wordt wèl afgedongen in gewone Thaise en Chinese winkels, op markten en bij kamers in hotels, bij tuk-tuks en 'ongeregelde charters' (zie: taxi's en openbaar vervoer)
'Afdingen' is in feite een totaal verkeerd woord voor wat er in werkelijkheid gebeurt. Afdingen is in Thailand niet iemand geld aftroggelen of zelfs uitpersen, maar het tegenovergestelde: het is gewoon een kwestie van tot de juiste prijs komen. Dat zit zo: als een Thaise handelaar u bijvoorbeeld "300 Baht" vraagt voor iets, dan heeft hij allang in zijn hoofd dat hij minstens 180 Baht ervoor wil hebben (60% van de vraagprijs). Dit moet u in gedachten vasthouden. Nu begint het afdingen. Onthoud goed dat u gedurende de onderhandelingen steeds blijft glimlachen.
Zou u nu '50 Baht" bieden, dan zult u merken aan zijn heftig hoofdschudden en andere lichaamstaal dat u net zo goed kunt weggaan, want op deze basis zijn geen zaken te doen; uw bod ligt veel te ver af van zijn vraagprijs.
Zegt u nu echter "120 Baht", dan ziet u een brede glimlach op het gezicht van de handelaar verschijnen, want u heeft het begrepen en nu gaat het spel beginnen:
u zegt dus "120 Baht"
de handelaar zegt "250 Baht"
u zegt "150 Baht"
de handelaar zegt "200 Baht"
U zegt "160 Baht" (merk op dat u in deze fase met kleinere sprongen omhoog gaat)
de handelaar zegt "190 Baht" (hij gaat nu ook met kleinere sprongen omlaag)
U begrijpt het al: ergens tussen 190 en 170 Baht komt u tot overeenstemming. En zie: u krijgt een glimlach van oor tot oor, want de handelaar vindt dat hij het goed gedaan heeft - en u hebt het natuurlijk ook perfect gedaan!
Denk niet tijd te winnen door in het bovenstaande voorbeeld na het horen van "300 Baht" meteen "180 Baht" te roepen, want dan denkt de handelaar: "da's mooi: de klant zit nu al op mijn minimum prijs, dus kan ik méér vangen", en gaat de hele onderhandeling verder tussen zijn 300 en uw 180 Baht, waardoor u waarschijnlijk rond 220 Baht eindigt.
Let wel: het bovenstaande is slechts een ruwe leidraad. Maar als u begint met ongeveer 40%-60% van de vraagprijs, dan komt u in veel situaties een heel eind.
Bovenstaand scenario speelt zich af wanneer de Thaise handelaar voldoende Thai-Engels spreekt. Is dat niet zo, dan zal hij een calculator tevoorschijn halen waarop beurtelings hij en u het bedrag invult en aan de ander laat zien. Voor de rest verandert er niets. Gelooft u ons: u zult dit amateurtoneelstukje spoedig onder de knie hebben en regelmatig samen met de handelaar in een deuk liggen, want zo 'rielekst' gaat dat hier. Als u maar blijft glimlachen!
Nog iets om te onthouden: ook als u het goed gedaan heeft betaalt u als 'farang' (buitenlander) meestal een beetje teveel. Want u bent nu eenmaal een buitenlander met genoeg geld en niet zo goed in afdingen als een Thai. Maar in het bovenstaande voorbeeld zou het dan hooguit om 10, 15 Baht gaan. Gun ze dat. Want van die 10, 15 Baht wordt u niet echt armer. Maar zij verhoudingsgewijs wèl rijker, want daar kunnen ze dan weer een kop rijstsoep van kopen! Blijf de realiteit zien: u bestelt zonder blikken of blozen een kop koffie in uw hotel voor minstens 50 Baht, meestal 100 Baht. Daarvan kan een Thai een halve of zelfs hele dag eten!
Het woord 'farang'
Met 'farang' duiden Thais alle Westerlingen (witte mensen) aan. Er zijn 2 theorieën over de oorsprong van dit woord. De eerste theorie zegt dat het is afgeleid van het Engelse 'foreighner'. De tweede zegt dat de afleiding komt van het Franse 'français'. De tweede theorie is aannemelijker, omdat 'farang' een verkorting is van 'farangse' (klinker 'a' toegevoegd tussen 'f' en 'r' conform de Thaise gewoonte), dat sterk lijkt op de uitspraak van 'français'. Thais die de 'r' niet kunnen uitspreken (en dat zijn er veel) zeggen 'falang'.
Fooien
Veel mensen die voor het eerst in Thailand komen, maken, zeker de eerste dagen van hun verblijf, de fout fooien te geven naar Westerse maatstaven. Maar die zijn gebaseerd op de westerse levensstandaard. De Thaise ligt veel lager! Zou u bijvoorbeeld in een Nederlands of Europees hotel de bellboy die uw kofers naar boven draagt 1 of 2 Euro geven, dan is zo'n bedrag in Thailand (50-100 Baht) echt veel te veel. Zie ook onder "Geld en prijspeil"
Een fooi van 20-30 Baht voor de bellboy bij een normale hoeveelheid bagage is meer dan genoeg. (Daar kan een Thai van lunchen!)
Geef het kamermeisje bij een verblijf van langer dan een dag of 3, aan het begin van uw verblijf een fooi van bijvoorbeeld 50 baht, zeker als u haar om extra service vraag (bijvoorbeeld een kussen extra, of extra deken). Reken in totaal op een fooi van zo'n 30 Baht per dag, als u tevreden bent. Laat de fooi niet op de kamer achter, want dan is de kans groot dat u het bedrag nagezonden krijgt; het meisje is dan bang dat ze van diefstal wordt beticht als ze het geld in haar zak steekt. Geef het haar persoonlijk, dan is het voor iedereen duidelijk!
In de meeste hotels van 3/4 sterren en hoger wordt standaard 10% service bij de rekening opgeteld. In dat geval geeft u daar alleen fooi bovenop als u er extra reden voor heeft, bijvoorbeeld fantastisch eten, geweldige bediening etc. Het laten liggen van wat wisselgeld is heel gebruikelijk, ook onder de Thais.
In eenvoudige restaurants waar geen bedieningsgeld gerekend wordt kunt u, als u tevreden bent, 20 tot 50 Baht geven, en in duurdere (b.v. in luxe hotels) tot 10%.
Taxichauffeurs zijn, vooral in Bangkok, mensen die waanzinnig hard en lang moeten werken om een goede boterham te verdienen. Geef een aardige chauffeur die goed rijdt daarom zo'n 20 tot 30 Baht fooi, afhankelijk uiteraard van de ritprijs. Bij een transfer van de luchthaven naar uw hotel in Bangkok is 30-40 Baht een goede fooi; bij langere transfers (b.v. van Bangkok naar Pattaya), is 100 Baht gebruikelijk. Maar alleen als u tevreden bent met de geleverde prestatie!
Bij een eendaagse excursie kunt u de gids en chauffeur, wederom als u vindt dat ze goed hun best hebben gedaan, belonen met 50 Baht ieder.
Bij een meerdaagse excursie is 100 Baht per dag voor zowel de gids als de chauffeur een goede fooi.
Fooien of 'tip' geven - het blijft een persoonlijke zaak!
Er zijn mensen die principieel nooit een fooi geven, en aan de andere kant van het spectrum zijn er mensen die zwaar "overtippen". De meeste mensen twijfelen als de rekening betaald wordt. Want wat doe je als bijvoorbeeld het eten niet zo geweldig was, maar de bediening zeer goed? De bediening kan er niks aan doen als de kok z'n werk niet goed doet. Omgekeerd kan de kok er niets aan doen als de bediening veel aan de service te wensen overlaat.
Wat in ieder geval niet goed zou zijn in Thailand is "overtippen". Gezien de levensstandaard in het land en het feit dat een Thai voor weinig geld kan eten en drinken, maakt een te royale tip al snel buiten proporties. Bovendien drijven te grote fooien de prijzen op, waardoor gewone Thais het zelf niet meer kunnen betalen.
Hiernaast vindt u wat praktische richtlijnen die u een eindje op weg kunnen helpen - maar u beslist zelf!
Boeddhisme
95% van de Thais belijdt het Theravada Boeddhisme, dat zich baseert op de "lessen van de ouderlingen", een vrij pure stroming binnen het Boeddhisme, die oorspronkelijk uit India komt. Het Theravada-Boeddhisme is op zich zelf ook weer een uiterst tolerante religie (eigenlijk méér dan dat: een komplete levenshouding); het zit vol met animistische verschijnselen en invloeden van andere religies.
Zo ziet men overal in Thailand voor de huizen van de mensen (en kantoren, hotels etc,) geestenhuisjes staan. Deze dienen als woning voor de geesten van het oorspronkelijke gebouw, die uit dat gebouw verjaagd werden omdat daarin de mensen gingen wonen of werken. Dagelijks worden er kleine offeranden in de geestenhuisjes gelegd.
Ook ziet u Thaise Boeddhisten bidden en offeranden neerleggen bij altaren met Indiase en Chinese goden; de Thais zijn religieus-pragmatisch en omarmen alle goden, want je weet het maar nooit ...
Deze houding brengt ook veel bijgeloof mee, en de talloze amuletten, bloemenkransen en andere attributen in en aan bijvoorbeeld auto's, spreken boekdelen.
Een interessante combinatie van al deze aspecten vindt u in het Erawan Shrine in Bangkok, direct naast het Grand Hyatt Erawan Hotel. Toen hier het eerste Erawan hotel gebouwd werd, gebeurden er dagelijks zware ongelukken met de arbeiders. Dat liep zó uit de hand dat men de Boeddhistische monnikken te hulp riep. Die zeiden dat er een altaar moest worden opgericht voor Brahma, de Hindoegod van de schepping, die er uitziet als een driekoppige olifant. Zo geschiedde, en de vreemde ongelukken stopten meteen. Tot op de dag van vandaag trekt het Erawan Shrine duizenden gelovigen per dag, en minstens evenzovele toeristen.
Als u boeddishistische tempels bezoekt zult u zien dat Thaise en Chinese boeddhisten er stukjes bladgoud op beeltenissen van Boeddha plakken, een oud ritueel voor het afdingen van gunsten.
Tenslotte nog enige religieuze feiten: Theravada-Boeddhisten geloven in reïncarnatie. Elke zichzelf respecterende Thaise jongeman wordt voor een paar maanden monnik; een eer voor de familie. Monniken zijn verplicht hun eten bij elkaar te bedelen en dit vóór 12.00 uur 'smiddags opgegeten te hebben; daarna mogen ze niet meer eten. Het is voor Theravada-Boeddhisten zowel een plicht als een eer om een monnik eten te geven. Vrouwen mogen monnikken niet aanraken of hen rechtstreeks iets geven.
De Boeddhistische jaartelling loopt 543 jaar op de onze vóór.
Tempelbezoek
Voor u een tempel binnengaat moet u uw schoenen uitdoen, een gewoonte die overigens ook geldt als u Thaise mensen thuis bezoekt, een kantoor binnen gaat en zelfs bij sommige Thaise restaurants. Ziet u bij een ingang schoenen staan terwijl u daar ook naar binnen wil, doe dan ook uw schoenen uit. Ook dient u decent gekleed te zijn voor tempelbezoek. Dat betekent: zo weinig mogelijk blote huid. Specifiek voor dames: geen blote armen, geen topjes, geen blote buik, geen korte rokjes, geen shorts of hotpants. Voor heren: geen T-shirt (laat staan een mouwloos T-shirt), geen korte broek of bermuda's. Hou u hier aan; u beledigt de Thais als u dat niet doet. Niet dat ze u er ooit openlijk op aanspreken; de Thais zijn van kinds af aan opgevoed om elk conflict uit de weg te gaan, dus openlijke kritiek op een ander is er niet bij.
Overigens zijn bij tempels altijd wel omslagdoeken te huur voor een paar baht. Maak daar indien nodig gebruik van.
De Boeddhistische jaartelling.
In Thailand wordt, naast de Westerse, ook de Boeddhistische jaartelling volgens de Theravada-leer aangehouden, met name op overheidsdocumenten (waaronder treinkaartjes!), kalenders, munten en banknoten. Deze loopt 543 jaar voor op de Westerse (Christelijke) jaartelling. Het jaar 2006 is dus het jaar 2549 in Thailand.
Verkeer rijdt links. Althans, dat zou moeten
Aziaten zijn notoir slechte auto-, motor- en brommerrijders, dat is algemeen bekend. De Thais zijn daar geen uitzondering op. Sterker nog, we hebben sterk de indruk dat de Thais op het gebied van slecht en zorgeloos rijden Aziatisch kampioen zijn. Want links rijden is de wet, maar rechts rijden is vaak (tijdelijk) veel makkelijker. Sommige deskundigen zeggen dat het feit dat 97% van de Thais Boeddhist is, daaraan bijdraagt. Boeddhisten geloven immers in reïncarnatie, en als je nog een keer terugkomt om een nieuw leven te leiden, hoef je in het huidige leven niet zo voorzichtig te zijn. Tel daarbij op het sterk hiërarchische respect dat de Thais van kindsbeen af wordt aangeleerd, en u begrijpt de enige voorrangsregel die echt werkt in het Thaise verkeer: hoe groter of hoe duurder, hoe meer voorrang! Dit klikt als een grapje, maar het is de onrustbarende werkelijkheid. Net zoals het standaardgedrag van een Thai bij een aanrijding: hard weglopen en nooit meer terugkomen.
Als u zelf wilt gaan rijden in een huurauto in Thailand (wij gaan er van uit dat u zelf al inziet dat u dat maar beter niet in Bangkok kunt doen), moet u daar dan ook goed rekening mee houden. Tel daarbij op dat veel chauffeurs (ook van touringcars en grote vrachtwagens) dagen- en nachtenlang doorrijden zonder pauze, vaak onder invloed van amfetaminen en/of alcohol, en u begrijpt dat het links houden voor u nog maar het kleinste probleem is. Nog los van het feit dat tijdig richting aangeven, het gehoorzamen aan stoplichten en voorsorteren door de Thais vaak zonder meer als volstrekt onnodige flauwekul beschouwd wordt. En de Thaise verkeersborden kunt u doorgaans ook al niet lezen!
In Thailand hebben ze ook 4 persoons brommers! (en soms 5 persoons)
Raakt u als farang betrokken bij een verkeersongeluk, dan bent u, volkomen los van de vraag wie werkelijk schuldig is, in de ogen van de Thais en de Thaise politie altijd de schuldige. Immers, als u er niet geweest was, was het hele ongeluk niet gebeurd! Ook dìt is Thaise logica. (En bovendien: u bent farang, dus ù heeft geld, en ù bent verzekerd. En daar heeft men niets aan als u nìet schuldig zou zijn! Plus: u spreekt geen Thais, dus u kunt ook geen gelijk hebben).
Aan de andere kant is het zo dat buiten Bangkok en de grote toeristencentra, en zeker op provinciale en lokale wegen, vaak weinig verkeer op de weg is, wat de zaak weer wat overzichtelijker maakt. Maar dan lopen er wèl voortdurend ossen, kippen en kinderen op de weg! Ook 'snachts, en dan zonder verlichting!
Maar toch: als u per sé zelf wilt gaan rijden in een huurauto, huur deze dan bij een bekende, westerse maatschappij (zoals Avis, Hertz of Budget). Dan bent u er zeker van dat u goed verzekerd bent.
Nog beter: huur een chauffeur bij uw huurauto; dat kost maar zo'n 500 Baht méér per dag - dat is 10 Euro. Voor dat beetje extra geld kunt u ècht rielekst en probleemloos reizen- en onderweg nog rustig een drankje drinken ook!
Voor het geval u nog steeds zelf wilt gaan rijden: daarvoor heeft u in Thailand een Internationaal Rijbewijs nodig, verkrijgbaar bij de ANWB.
En voor het geval u toch bij een Thais bedrijfje een auto wilt huren: geef nooit uw paspoort af, check heel goed hoe c.q. hoe goed u verzekerd bent, en check de auto zorgvuldig op bestaande beschadigingen. Voor de rest: veel geluk en wijsheid gewenst!
Let op: als u zelf met een huurauto gaat rijden in Thailand, dan beschikt u natuurlijk over een internationale/engelstalige kaart. Maar koop bij het eerste het beste pompstation waar u aanlegt meteen ook een Thaise kaart. Dat is de enige kaart waarbij Thais u kunnen helpen - de meesten kunnen geen engelse kaarten lezen!
Pas op voor 'Touts'
De term 'Touts' laat zich het beste vertalen als 'oplichter', en 'touting' of 'scam' als 'oplichterij'. Touting komt in twee soorten voor in Thailand (maar voornamelijk in Bangkok): de onschuldige vorm en de minder onschuldige vorm.
De onschuldige vorm (kleine oplichters)
Dit is het geval wanneer een taxichauffeur de meter (aanvankelijk) niet aanzet, de tuk-tuk chauffeur tegen u zegt dat de bezienswaardigheid waar u heen wilt vandaag gesloten is en dat hij iets veel beters weet, de runner op het vliegveld u vertelt dat het hotel waar u heen moet zojuist is afgebrand, enzovoort. (Zie ook in onze Bangkok-special het stukje over de Riverboat Express onder 'Taxi's en ander vervoer' voor Riverboat-touting).
Maar touts verschijnen ook in gedaantes die u niet verwacht. Algemeen kenmerk van deze lieden: ze zijn bijna zonder uitzondering zeer goed gekleed en spreken uitstekend Engels. Vaak hebben ze een mobiele telefoon bij zich; later zal blijken waarom. Soms dragen ze zelfs een fake-uniform en goed zichtbare, maar vervalste identiteitskaarten.
Enkele voorbeelden:
*u loopt op straat en maakt oogkontakt met een aardige heer. U raakt in gesprek en al gauw weet deze buitengewoon vriendelijke meneer wat u van plan was te gaan doen. En dan heeft hij een veel beter idee. Het kan gaan om een restaurant, een museum, een tempel, een winkel of wat dan ook. Geheel toevallig is dan altijd ineens een tuk-tuk chauffeur in de buurt die u voor een koopje (10 of 20 Baht) of zelfs gratis naar dat adres brengt
*u probeert een drukke straat over te steken, en dat wil niet echt meteen lukken. Plotsklaps duikt een vertrouwwekkende heer naast u op, die met gevaar voor eigen leven het verkeer tegenhoudt en u een veilige oversteek bezorgt. Hoe dit afloopt? Zie hierboven.
*een variant op dit voorbeeld is wanneer u de heer in uw vriendelijke gesprekje verteld heeft dat u bijvoorbeeld een nabijgelegen tempel wilt bezoeken. De heer zal u erheen begeleiden, u nog een fijne dag toewensen en met een vriendelijke groet afscheid nemen. "Wat een aardige man", zult u denken.
Maar kijk nou eens, wat een toeval! U komt die tempel uit en dan komt u diezelfde heer plotseling 'spontaan' weer tegen en zal de ontmoeting er spoedig toe leiden dat u alsnog een voorstel krijgt om ergens heen te gaan waar hìj wil. Ook is er dan altijd als bij toverslag weer die bereidwillige tuk-tuk chauffeur.
*deze heren hebben vele gedaanten - ze doen zich voor als professor aan de universiteit, computerprogrammeur, oud-politieman, hoofd van de beveiliging, dokter, leraar Engels, enzovoort.
Het blijft allemaal redelijk onschuldig, omdat ingaan op die suggesties u hooguit veel tijd kost en u altijd teveel betaalt, want waar u ook op hun voorspraak heen gaat, u draait -zonder dat te weten- altijd ook op voor de kosten van de provisie die het hele circus van de eigenaar of uitbater krijgt. De mobiele telefoon hebben ze nodig om hun medeplichtigen te waarschuwen: de tuk-tuk chauffeur en de eigenaar van de winkel, zodat die zijn getrainde personeel tijdig in stelling kan brengen.
De minder onschuldige vorm (grote oplichters)
Vooral bij bezienswaardigheden waar veel toeristen komen loopt u de kans benaderd te worden door vriendelijke, goedgeklede Thais die via een smoes (bijvoorbeeld dat ze student zijn en hun kennis van Engels willen verbeteren) een gesprek met u beginnen. Dat gesprek kan kort of lang duren, maar het moment komt dat ze u van alles willen laten zien (tempels bijvoorbeeld) en bereid zijn om u overal heen te brengen waar u maar wilt (ook hier doemt als bij toverslag altijd precies op tijd een buitengewoon bereidwillige taxi- of tuk-tuk chauffeur op). Om een lang verhaal kort te maken: u eindigt in een juwelierswinkel, omdat ze u hebben wijsgemaakt dat het vandaag de laatste dag is van een speciale uitverkoop voor westerse bezoekers, of dat de regering vandaag heeft bestempeld als 'Juwelendag' met extra kortingen, of dat het gaat om een speciale promotie van de TAT (de Thaise toeristen organisatie). Onveranderd is steeds het verhaal dat u edelstenen en juwelen kunt kopen voor belachelijk lage prijzen om die straks in uw eigen land met hoge winsten te kunnen verkopen. In die winkel (die er heel normaal uitziet) wordt u onder hoge druk gezet. Vaak zijn er net toevallig ook andere klanten, Japanners zowel als westerlingen, die u spontaan vertellen hoeveel geld zij daarmee verdiend hebben (die zitten dus ook in het komplot).U eindigt altijd met waardeloze stukjes glas en minderwaardig goud of zilver, of in het beste geval met spullen die nooit waard zijn wat u ervoor betaalt. Meestal hebben ze u dan ook nog zo gek gekregen dat ze de spullen voor u naar uw huisadres verschepen en dan heeft u al helemaal niets meer in handen, behalve een (door uzelf) geplunderde creditcard.
Maar zelfs als u de spullen zelf heeft meegenomen, maakt u geen schijn van kans om uw geld terug te krijgen: mocht de Tourist Police al met u mee teruggaan naar de winkel (als u 'm nog kunt vinden) dan zult u ter plaatse aangekomen merken dat de winkel gesloten is en voorlopig niet meer opengaat, of zelfs geheel verdwenen is. Probeer de eigenaar dan maar eens te vinden tussen die twaalf miljoen mensen in Bangkok!
Hoewel op zo ongeveer alle sites over Thailand en Bangkok, en zeker in alle reisgidsen, hiervoor gewaarschuwd wordt, komt deze oplichting nog steeds honderden keren per week voor. U begrijpt nu ook dat het praktisch onbegonnen werk is voor de Tourist Police of de gewone politie om hier iets aan te doen.
GA DUS NOOIT IN OP WELKE SUGGESTIE DAN OOK VAN DIT SOORT LIEDEN!
Onthoud deze 3 simpele regels:
1) "normale" Thais zijn heel schuchter ten opzichte van buitenlanders en zullen u nooit spontaan benaderen of aanspreken.
2) zelfs als Thais heel goed Engels spreken zullen ze u niet zomaar benaderen of aanspreken; dat doen ze alleen als u als eerste toenadering zoekt of hèn aanspreekt.
3) IEDERE THAI (OF ANDERE AZIAAT) DIE ZO 'BRUTAAL' IS OM U SPONTAAN TE BENADEREN OF AAN TE SPREKEN, IS OP UW GELD UIT, OOK AL LIJKT DAT IN EERSTE INSTANTIE MISSCHIEN NIET ZO! ZO SIMPEL IS HET!
Om meteen van het gezeur af te zijn zegt u: "Mai Ouw" - 'Nee, dank u'. Omdat u dit dan in vlekkeloos Thais zegt zullen de touts u meestal direct afschrijven als potentieel slachtoffer.
Als een tout erg hardnekkig is kunt u altijd nog in het Engels vragen of u zijn telefoon even mag lenen om de 'Tourist Police' te bellen - dat werkt altijd!
Klik hier om te horen hoe u "Mai Ouw" ("Nee, dank u") uitspreekt. Daar moet dan wel nog "Khrap" achter als u een man bent, en "Ka" als u een vrouw bent.
DE 2 GEZICHTEN VAN DE THAIS
Het ene gezicht wordt gevormd door de Thais die op allerlei manieren proberen u geld af te troggelen of zelfs keihard op te lichten. Hoewel dat er relatief maar weinig zijn op de twaalf miljoen mensen die in Bangkok leven, scoren deze (meestal ware) verhalen altijd hoog.
Het andere gezicht van de Thais hebben wij persoonlijk meegemaakt: toen mij vrouw op het trottoir van Thanon Ratchaprarop lelijk struikelde over een weggezakte tegel, viel ze en bezeerde ze haar knie tot bloedens toe. Drie meter verder zat een oud vrouwtje op de stoep met een gammele koelkast met flessen koud water voor 15 Baht. (Waarschijnlijk zullen haar kleinkinderen die koelkast nog steeds afbetalen als zij allang heengegaan is). Onmiddellijk greep het vrouwtje een fles water uit haar koelkast en kwam daarmee (en papieren zakdoekjes) aanrennen om de kniewond van mijn vrouw schoon te maken. Ze weigerde geld te accepteren voor de fles water.
Dit is het gezicht van 99% van de Thais in Bangkok (en 99,9% in de rest van Thailand). Maar dit soort ervaringen krijgen steevast minder aandacht!
TIME-SHARING SCAMS IN BANGKOK EN PATTAYA.
Sinds enige tijd zijn Time-sharing organisaties actief in Thailand. Vanuit het Tai-Pan hotel in Sukhumvit Soi 23 werven verkopers onder valse voorwendselen kandidaat-kopers voor time sharings op Sukhumvit Road en Silom Road. In Pattaya zijn eenzelfde soort oplichters actief die zich voordoen als officiële Tourist Guide of "betrokken bij een Heineken-project", die Beach Road afstruinen op potentiële slachtoffers en vervolgens meenemen naar een presentatie in Nakluah of Jomtien. Op die presentaties worden mensen onder zware druk gezet om een jaarlijkse verblijfsperiode in een vakantie-appartement te kopen voor veel geld. Als u niet naar Thailand bent gekomen om zo'n time-sharing te kopen, moet u dat ook niet doen, en u niet laten inpalmen door welke verkooppraatjes dan ook. U weet 't inmiddels: iedereen die u in Thailand zomaar op straat aanspreekt, wil u op de een of andere wijze geld aftroggelen dat u niet van plan was daaraan uit te geven!
DE TOERISME-ENQUÊTE
Gesignaleerd in Bangkok: aardige, jonge "studenten" die u vragen of u hun wilt helpen bij een enquête over het toerisme. Na enkele onschuldige toeristische vragen wordt u gevraagd naar uw naam, in welk hotel u logeert en uw kamernummer. Als reden hiervoor wordt dan meestal verteld dat onder de welwillende deelnemers een mooie prijs verloot wordt, en als u gewonnen blijkt te hebben moet men u toch kunnen bereiken.
Ga hier NOOIT op in, want dit is vaak het begin van een time-sharing scam (zie hierboven) en wordt u vanaf dat moment steeds telefonisch lastiggevallen als u op uw kamer bent. Maar het kan veel erger. Als u uw hotelnaam en kamernummer geeft, weet de "student" dat u op datzelfde moment niet op uw kamer bent en kan hij, zodra u uit het zicht bent, via zijn mobieltje een medeplichtige op een snelle brommer naar uw hotel dirigeren om uw kamer leeg te roven.
Laat u niet misleiden door "ID-Cards" met foto die om de nek van deze lieden bungelen, ook niet als daarop staat dat ze van de TAT, de officiële Thaise toerisme-organisatie, zijn, want in Thailand is een valse ID-Card even makkelijk te krijgen als een buskaartje.
Natuurlijk is het in principe mogelijk dat echte studenten een echte enquête houden, maar het vervelende is dat u die echtheid niet kunt checken. Als u het moeilijk vindt om te weigeren mee te doen, geef dan gewoon antwoord op alle vragen, maar geef hen NOOIT uw hotelnaam en kamernummer, en dus ook niet uw eigen naam. Dan moeten de goeden maar onder de kwaden lijden!
De Thaise taal
Les 1: Sawasdi wordt Sawatdi Kha of Sawatdi Khap
'Sawasdi' betekent 'hello' of 'goedendag', maar ook 'welkom' en 'tot ziens'. Maar 'sawasdi' wordt uitgesproken als 'Sawatdi'.
"Kha" is het vaste achtervoegsel als een vrouw spreekt; "Khap" als een man spreekt. Eigenlijk is het "Khrap", maar de meeste Thais hebben moeite met de R, dus spreken ze deze niet uit. Of ze veranderen de R in een L, en zeggen dus "Klap".
Dit voorbeeld illustreert nog maar voor een fractie de moeilijkheidsgraad van het gesproken Thais. Want Thais is een tonale taal, hetgeen betekent dat de toonhoogte de betekenis bepaalt. Er zijn 5 toonhoogtes in de Thaise taal, dus hetzelfde woord kan 5 (totaal) verschillende betekenissen hebben.
Bovendien heeft het Thaise alfabet ruim tachtig tekens die wij allemaal niet kennen, en heeft de taal tientallen klankvormen. Waarvan er vele niet, of geheel anders worden uitgesproken dan men zou verwachten.
Toch zijn een beperkt aantal Thaise woorden en zinnetjes om tijdens een bezoek aan het land te gebruiken, wel te leren. Het is een kwestie van stomweg in uw hoofd stampen, want veel logica valt er niet te ontdekken, ook al doordat er vrijwel geen grammaticaregels zijn. Maar de Thais vinden het verschrikkelijk leuk als ze merken dat u de moeite heeft genomen om een paar woordjes Thais te leren!
Het algemeen bekende verschijnsel van 'een taal makkelijker oppikken als je eenmaal ter plaatse bent' gaat in Thailand niet op, omdat wij westerlingen de geschreven teksten niet kunnen lezen zonder jarenlange studie, dus is er ook geen visuele referentie.
De enige manier om wat Thais te leren is via fonetisch schrift, bij voorkeur in samenhang met audio files. Veel websites geven die informatie, maar het vervelende is dat dit dan in 99% van de gevallen gebeurt in Engels-fonetisch, dus dan moet u ook in Engels redelijk thuis zijn wilt u daar wat aan hebben.
Er gloort echter hoop: de Nederlandstalige Taalgids Thais van Lonely Planet geeft u een aardige woordenschat en handige zinnetjes voor allerlei omstandigheden en doeleinden tijdens uw vakantie, met uitspraak-richtlijnen in fonetisch Nederlands.
Kijk uit met "Mooi!"
Als u bijvoorbeeld een landschap of tempel bewondert, zult u ongetwijfeld wel een keer in het Nederlands "Mooi!" of "Mooi, hè" tegen uw reisgezelschap zeggen. Doe dat alleen als er geen Thais bij zijn, want de klank 'mooi" betekent in het Thais "schaamhaar".
De Nederlandstalige Taalgids Thais van Lonely Planet, een buitengewoon handig gidsje met woorden en zinnetjes voor allerlei situaties en fonetische uitspraak-aanwijzingen. Veel aandacht voor bijvoorbeeld shopping en eten. Met bovendien veel andere praktische aanwijzingen tussen de regels door. Eigenlijk onmisbaar!
Verkrijgbaar in de boekhandel.
ISBN-nummer 1 - 74059 - 002 - 3
E 9,95
Massage en massage-salons
Thais zijn meesters in massage. U moet dan ook beslist eens zo'n massage ondergaan. U knapt er ontzettend van op, zeker als u vermoeid bent of stijve spieren heeft van het reizen of lopen. U zult verwonderd zijn hoeveel beheerste kracht de fragiele Thaise masseuses en masseurs kunnen ontwikkelen; een kwestie van training.
U kunt gemasseerd worden op het strand (de masseurs en masseuses hebben hesjes aan met het nummer van hun gemeentelicentie -dat betekent dat ze inderdaad een opleiding hebben genoten), op uw hotelkamer (de receptie bemiddelt) of in massage salons.
Hoe weet u of het bij zo'n salon gaat om echte massage of sex? Als u "Traditional Thai Massage" op het naambord ziet, gaat het inderdaad om massage, en niet om sex. Ook bij "Thai Massage" is er doorgaans geen sprake van sexmassage.
Ziet u "Body to Body-Massage" staan, dan gaat het gegarandeerd om sex.
"Body Massage" kan of het een, of het ander zijn, maar als het niet om sex gaat, staat er meestal wel ergens "Traditional Thai" bij.
Thaise feestdagen
Thais zijn dol op feestdagen, en ze hebben er dus nogal wat. Wees niet verbaasd als rond belangrijke feestdagen zoals Thais en Chinees Nieuwjaar en de verjaardag van de koning heel veel winkels en restaurants (dagenlang) dicht zijn.
Let op:
• Tijdens en rond Boeddhistische feestdagen mogen de supermarkten en winkels vaak geen alcohol verkopen, en mogen de bars en restaurants vaak geen alcohol schenken.
• Tijdens en rond Thaise en Chinese feestdagen kunnen het openbaar vervoer, hotels en guesthouses snel vol raken, omdat dan heel veel mensen op reis gaan naar familie, vrienden en bekenden. Kerstmis en Oud-Nieuwjaar (31 december) zijn feesten die de Thais zelf eigenlijk niet vieren, maar ze krijgen er wèl vrij voor.
De Thaise hotels maken misbruik van deze dagen om 2 weken lang hun prijzen te verhogen, en zoms zelfs te verdubbelen.
Ook hebben ze op Kerstavond en Oudejaarsavond in hun restaurants meestal een verplicht diner ("Compulsory Gala Dinner") waarvoor ze belachelijk hoge prijzen vragen, tot in het absurde toe (van 1000-4000 Baht, en in luxe hotels zelfs tot 7000 Baht p.p.!), zonder dat u ook maar enig idee heeft wat men u daarvoor denkt te bieden. Men kan u natuurlijk niet verplichten om die diners te gebruiken, maar u moet er in ieder geval wèl voor betalen. Schandelijk! Wij noemen dit de "Compulsory Dinner-scam"! Let hier op bij het boeken van uw hotel, als u zich hier (net als wij) ook aan stoort.
Noot: 3000-4000 Baht is een gemiddeld maandsalaris voor iemand met een middelbare opleiding in Bangkok!
Informatie voor rokers
Per 1 november 2002 was het dan ook zover in Thailand: de "smoking ban" werd van kracht. Van de ene dag op de andere was het niet alleen verboden te roken in openbare gebouwen, maar ook in alle airconditioned hotels, restaurants en bars. In Bangkok werden meteen politie-razzia's uitgevoerd en extreem hoge boetes opgelegd voor elke ondernemer of bezoeker die zich niet of niet voldoende aan de nieuwe regels hield. Moet u nagaan: in de stad waar het inademen van de buitenlucht honderd keer gevaarlijker is dan de verdwaalde rook van andermans sigaret, mocht je ineens nergens meer roken.
Voor de goede orde: wij respecteren de wensen en rechten van niet-rokers, en accepteren en respecteren de rookverboden in openbare gebouwen en de horeca-gelegenheden. Want wij, als rokers, vinden óók dat niet-rokers recht hebben op rookvrije levensruimte.
Maar er zouden dan tegelijkertijd ook faciliteiten moeten zijn voor rokers. Of men zou restaurant en bar-eigenaren de keus kunnen geven: maak er een wèl- of niet-roken gelegenheid van; dan kan de klant ook kiezen. Het is een feit dat 35% van de mensheid nog steeds rookt, en aangezien de markt zichzelf reguleert op basis van vraag en aanbod zou dat op den duur leiden tot ca. 65% niet-roken etablissementen en 35% wèl-roken - iedereen tevreden).Maar nee, dus. In de eerste maanden van 2003 leidde de "smoking ban" zelfs tot hysterische toestanden. Zo mochten wij in de middencirkel van de lobby van het Amari Watergate-Hotel in Bangkok wel roken, maar konden wij voor straf geen koffie of een ander drankje bestellen; er werd ons doodleuk verteld dat we niet bediend zouden worden zolang we in de rookcirkel zaten!
In de coffeeshop van een hotel in Bangkok waar we binnenliepen voor een kopje koffie werd openlijk geprostitueerd door jonge tienermeisjes, maar een sigaret roken mocht niet! (Prostitutie is ook bij wet verboden in Thailand, net als roken dus).
En in ons resort in Jomtien mochten we niet op onze kamer roken (waar niemand anders er last van zou hebben), maar wèl weer in de lobby, waar gemiddeld 50 andere gasten verbleven!
Inmiddels is de situatie enigzins genormaliseerd. Horeca-ondernemers die open gelegenheden exploiteren (en dus geen airconditioning hebben), hebben ontdekt dat de smoking ban hiervoor niet geldt. Ook is de 'smoking ban' niet (meer) van toepassing op 'pubs' en 'bars'; met als gevolg dat vele eigenaren van eet-/drinkgelegenheden de naam van hun zaak hebben veranderd in 'pub'. Ook vele bars hebben de 'verboden te roken'-stickers verwijderd.In sommige hotelbars is het nu zo dat daar gerookt mag worden, maar in alle andere eet/drinkgelegenheden van het hotel niet. En daar is niks mis mee, want nu komen zowel rokers als niet-rokers aan hun trekken. Simpel, eigenlijk, niet?
De meeste hotels doen echter geen enkele moeite om rokers gelegenheid te geven te roken zonder dat ze niet-rokers daarbij hinderen: onder het motto "It's the law, Sir" zal het hen verder een zorg zijn en lappen ze hun gastvrijheid, waar ze in hun bochures zo hoog van opgeven, aan hun laars. Ze verbieden eenvoudigweg roken in het hele hotel, ook in de bar waar dat volgens de wet wèl zou mogen. U mag in die hotels dan alleen nog maar roken rond het zwembad, en dat gaat om 19.00 of 20.00 uur dicht! Daarna mag u op straat gaan staan roken, ook als het regent. Toppunt van gastvrijheid, toch?
Buiten Bangkok (en in mindere mate Chiang Mai) hebt u, zeker op de strandbestemmingen, als roker minder last van deze hysterische aanpak, omdat daar de meeste gelegenheden, ook hotellobby's, geheel of gedeeltelijk open zijn, en daarvoor geldt de 'smoking ban' niet.
Maar er is ook nog goed nieuws voor de rokers. Want in Thailand zijn een aantal westerse sigarettenmerken (in licentie geproduceerd) verkrijgbaar voor heel wat minder geld dan in Nederland: bijvoorbeeld een pakje Marlboro Lights, Camel of More van 20 stuks kost 55 Baht! Echte Thaise sigaretten zijn er ook: Krongthip en Falling Rain onder andere, voor 30 Baht per pakje van 20 stuks. Maar men noemt de hiervoor gebruikte tabak ook wel "Fleur de Matras".
Cigar Bars/Cigar Shops
Goed nieuws is er ook voor de liefhebbers van sigaren. Bangkok telt zelfs een aantal officiële Cigar Bars annex Cigar shops in de betere hotels, waar u kunt genieten van de mooiste sigaren, zowel handgemaakt als machinaal gemaakt, uit Cuba, Dominicaanse Republiek, Honduras, Nicaragua, Mexico, Brazilië, Indonesië, de Philippijnen en België, in combinatie met een fameuze whisky of cognac:
The Lobby Lounge, Four Seasons (vroeger Regent Hotel), 155 Rajadamri Road
La Casa del Habano/Bamboo Bar, Oriental Hotel, 48 Oriental Avenue
Siam Havana Cigars (Cigar Shops en Cigar Café's):
Cigar Café, Hilton International (heet nu Nailert Park Hilton), 2 Wireless Rd (Witthayu Road).
Siam Havana, Dusit Thani Hotel, 946 Rama 4 Rd.
Club 54, Montien Hotel, Suriwongse Road
|